Stookruimte toegelicht brandveiligheid

print

Inleiding

Conform Bouwbesluit artikel 2.83 lid 7 is een technische ruimte waarin een of meer verbrandingstoestellen worden opgesteld met een totale nominale belasting van meer dan 130 kW een stookruimte. Een stookruimte dient een apart brandcompartiment te zijn.

Vragen die hierbij rijzen zijn:

  1. Wat is de definitie van een technische ruimte?
  2. Is het brandtechnisch verantwoord om een technische ruimte met meerdere ketels en een totale nominale belasting van meer dan 130 kW op te delen in meerdere technische ruimten door middel van een niet-brandwerende scheidingswand, zodat elke ruimte minder dan 130 kW aan verbrandingstoestellen bevat?
  3. Kan het brandtechnisch, anders dan bouwkundig, veilig opgelost worden?


Beschouwing

Een "technische ruimte" is een ruimte voor het plaatsen van apparatuur, noodzakelijk voor het functioneren van het bouwwerk, waaronder in ieder geval begrepen een meterruimte, een liftmachineruimte en een stookruimte. Kortom een ruimte waarin gebouwgebonden installaties staan opgesteld.

Strikt redenerend zal er dus geen sprake meer zijn van een stookruimte als er een niet-brandwerende scheidingswand tussen de verbrandingstoestellen wordt geplaatst, zoals aangegeven in bovenstaand figuur. Er is dan immers sprake van twee technische ruimten met elk 70 kW vermogen aan verbrandingstoestellen.

Is dit echter wel de bedoeling van de wetgever? Het antwoord hierop is nee! In de toelichting van Bouwbesluit 2003 staat vermeld dat een stookruimte wordt gezien als een ruimte met een dusdanig verhoogt brandrisico dat deze in een apart brandcompartiment moet liggen.
Indien de ruimte wordt opgedeeld in meerdere technische ruimten door middel van een niet-brandwerende scheidingswand, blijft het verhoogde brandrisico aanwezig. Een niet-brandwerende scheidingswand moet immers brandtechnisch als niet-aanwezig worden beschouwd. Er moet geconcludeerd worden dat in de geschetste situatie nog steeds sprake is van een stookruimte. Deze ruimte moet daarom in z'n geheel gezien worden als apart brandcompartiment.

In sommige gevallen is de benodigde brandwerendheid in verband met de indeling van het gebouw, of procesmatige invloeden moeilijk te verwezenlijken, of niet wenselijk. Artikel 1.3 van het Bouwbesluit biedt de mogelijkheid om ter beoordeling van burgemeester en wethouders aan te tonen dat op een andere wijze het door de wetgever beoogde veiligheidsniveau gerealiseerd wordt.
De toepassing van gasdetectie kan hiervoor een mogelijke uitkomst bieden. Dit hangt echter sterk af van de situatie. Het aanbrengen van enkel gasdetectie als stand-alone installatie voor een stookruimte is géén gelijkwaardige oplossing. In combinatie met andere maatregelen mogelijk wel. Laat u daarom goed informeren door de adviseur.


Aandachtspunten

  • Deze beschouwing kan tevens van toepassing zijn op het niveau bestaande bouw. Bij bestaande bouw is sprake van een stookruimte bij een totale nominale belasting van meer dan 160 kW.
  • Een technische ruimte met een oppervlak van meer dan 50 m² (nieuwbouw), of meer dan 100 m² (bestaande bouw), en een ruimte voor de opslag van brandgevaarlijke stoffen worden door de wetgever eveneens beschouwd als ruimten met een verhoogd brandrisico. Hiervoor geldt daarom hetzelfde principe.
  • Bovengenoemde ruimten met een verhoogd brandrisico hoeven niet per se besloten te zijn. Ook als er sprake is van een niet-besloten ruimte, geldt dat deze in een apart brandcompartiment moet liggen. Dit betekent overigens niet dat een dergelijke niet-besloten ruimte besloten moet worden gemaakt. Dit hangt van de situatie af (het risico op het uitbreiden van brand van of naar deze ruimte).
  • Zodra de stookruimte niet-besloten is, of er een te grote ventilatievoud aanwezig is, kan gasdetectie niet naar behoren werken. Als gelijkwaardige oplossing kan het dan niet toegepast worden.

Geraadpleegde bronnen

  • Woningwet;
  • Bouwbesluit 2012;
  • Bouwbesluit 2003;
  • Regeling Bouwbesluit;
  • Nota van toelichting op het Bouwbesluit;
  • Adviescommissie praktijktoepassing brandveiligheidsvoorschriften;
  • Werkgroep gelijkwaardigheid.

Noot
Deze contemplatie moet als algemeen worden beschouwd. Verschillende projecten of situaties vragen om specifieke advisering. Aan deze beschouwing kunnen daarom geen rechten worden ontleent.